Pasgeborenen (0 tot 3 maanden)
Slapen doen pasgeborenen veel: gemiddeld 16 tot 18 uur per dag, verspreid over blokken van 2 tot 4 uur. Ze hebben nog geen dag-nacht ritme. Slapen is op deze leeftijd essentieel voor groei, herstel en hersenontwikkeling.
Zuigelingen (3 tot 12 maanden)
De slaapbehoefte daalt licht naar 14 tot 16 uur per dag. Baby’s slapen meestal twee tot drie keer overdag en langere periodes ’s nachts. In deze periode ontstaan de eerste structuren van een slaapritme.
Peuters (1 tot 3 jaar)
Peuters hebben gemiddeld 12 tot 14 uur slaap per dag nodig. Vaak doen ze nog één of twee dutjes overdag. Een vast ritueel helpt om het slapen makkelijker te maken.
Kleuters (3 tot 6 jaar)
Kleuters slapen idealiter 10 tot 13 uur per 24 uur. Een middagdutje is nog gebruikelijk, maar wordt korter naarmate het kind ouder wordt. Vaste slaaptijden en rust voor het slapengaan bevorderen de slaapkwaliteit.